Welcome to Bloody ‘Nam

Van een westerse atmosfeer naar een Aziatische. Na 16 uur onderweg te zijn geweest vanuit Melbourne kwam ik aan op de luchthaven van Hanoi met een overstap op de luchthaven van Singapore. Geluk voor mij, op de vlucht naar Singapore had ik de hele rij voor mezelf en kon ik makkelijk plat gaan liggen om te slapen.

Bij het verlaten van Australië bedacht mijn enkel dat het een grandioos idee zou zijn om nog bij een korte hike dubbel te klappen, desalniettemin heeft mij dat er niet van weerhouden om toch 15km per dag erna te gaan lopen; het gewricht moet immers soepel blijven.

Het is prachtig om te zien hoe Ho Chi Minh nog meer verheerlijkt wordt dan zijn goede Sovjet kamaraad Oeljanov (voor de meesten bekend als Lenin) op het Rode Plein met een heus mausoleum en zijn kop op al het briefgeld. Met een strenge beveiliging en alles wat ik bij me had bij het bagagedepot gedropt te hebben, heb ik in een kort minuutje de opgebaarde ‘uncle Ho’ mogen aanschouwen. Uiteraard is foto’s maken verboden en kan ik die helaas niet delen. Volgend op deze lijkschouwing was een kort tourtje door de woning en vertrekken van Ho Chi Minh in de tijd dat hij de leider was. Na een stukje verder te lopen, kwam ik nog zijn grote freund tegen, die ook vereeuwigd is een bronzen beeld.

Verder is de term teringchaos een alledaags begrip in de straten van Hanoi. Met meer scooters dan mensen is lopen door de straten van Vietnam een ware slalom. Het is op de straat gewoon een kwestie van schijt hebben, iets waar ik weinig moeite mee heb, en oversteken en iedereen op een scooter of auto rijdt wel om je heen. Stoplichten/verkeerslichten gaan weinig uitkomst bieden. Overigens is het een beleving opzich om een scootertaxi te pakken waarbij je van de ene locatie naar de andere verplaatst voor een euro’tje. Geweldig geregeld hier. Eén straat die misschien wel bij velen bekend is, is de straat waar een trein doorheen banjert. Helaas is deze straat recentlijk afgesloten voor de toeristen, dus veel meer dan onderstaande foto gaat het niet worden voor jullie.

Frisjes is het hier ook zeker wel te noemen, met temperaturen die het kwik niet boven de 20 graden laten komen op de dag en 9 graden in de avonden, is dit ook zeker wel even wennen met het warmere Australië. Na eventjes in de middag bij het centrum bij het water te zitten, wou er eerst een kindje met mij op de foto, blijkbaar ben ik een levende attractie, en was er een student die na 3 minuten moed verzamelen mij aansprak om zijn Engels te oefenen. Na een half uur gesproken te hebben met hem en meer begrepen te hebben van het Tet festival in Vietnam gaf hij mij wat zij hier zien als ‘geluksgeld’. Heel schattig keek hij in de envelop of er nog wel geld in zat en gaf het toen aan mij als dank voor het gesprek. Ik vroeg hem of hij het niet beter kon gebruiken dan ik, maar hij stond erop dat ik het hield – het ging maar om 20.000 VND (rond de €0,80). Voor mij als Europeaan niet een beduidend bedrag, maar voor een Vietnamees wel. Vooral het feit dat hij nog nooit buiten Vietnam is geweest omdat hij het geld er niet voor heeft. Hoewel de Vietnamezen zo weinig hebben, zijn ze heel erg bereid om wát ze hebben, toch te delen. Een prachtig volk en land, nu al.

Plaats een reactie